Mike Boddé zou je kunnen kennen als cabaretier. Mij schieten vaak, op de gekste momenten, teksten van het zeer geestige lied Rotterdam te binnen (“Rotterdam, eigenlijk gewoon het Zutphen van Breda”). Of missschien ken je hem van de geweldige Mike & Thomas show op tv (met Thomas van Luyn). Anders wellicht als schrijver van het indrukwekkende Pil, over zijn worsteling met depressie. Dus toen Not just any book aangaf recensie-exemplaren beschikbaar te hebben van Zupheul, Febbo, en de kleine Grakjesbembaaf, kortweg Jan was ik er als de kippen bij.
Over het boek
Deze Flaptekst wordt mede mogelijk gemaakt door de Nederlandse Vereniging van Flapteksten. En is vervaardigd uit 100% flappende tekst. Wanneer mag u deze flaptekst niet lezen? Indien u overgevoelig bent voor flapte en/of in het verleden allergische reacties hebt opgelopen bij het flappen, wordt u ten strengste afgeraden deze flaptekst tot u te nemen. Mocht u onverhoopt de tekst toch gelezen hebben, lees dan onmiddellijk zes flinke alinea’s van Harry Mulisch om de schade te beperken. Indien u besluit deze flaptekst in te nemen, besef dan evenwel ook dat het gewenste effect van de flaptekst niet bereikt wordt indien u halverwege stopt met lezen. En dat u derhalve de gehele tekst dient uit te lezen om het gewenste resultaat te bereiken. Anders mist u namelijk de volgende belangrijke zin:
‘In Zupheul, Febbo en kleine Grakjesbembaaf, kortweg Jan wordt maar één ding gezegd.’
Mijn mening over het boek
Bovenstaande is dus de flaptekst, mocht je dat nog niet begrepen hebben. Hilarische onzin. Kortom, ik had gelijk zin om in het boek te beginnen en wilde graag van Zupheul, Febbo, en de kleine Grakjesbembaaf, kortweg Jan gaan houden. Maar Boddé maakte dat wel een beetje lastig.
De eerste helft van het boek, Sproken en dromen, staat vol korte verhalen. Die variëren van kolderieke onzin (voor de goede orde, daar ben ik dus dol op) tot verhalen waar ik werkelijk geen touw aan vast kon knopen. Net toen ik begon te denken dat het alleen maar nonsens was, stuitte ik ineens op een ontroerend verhaal over zijn overleden broer. Echt een pareltje. Ook het verhaal Vakantie met familie krijgt op het eind ineens een hele andere lading door slechts één zin. Dat is knap, en laat zien dat achter die kolderieke onzin toch soms ook wel een diepere laag zit.
De tweede helft van het boek bestaat uit het twee langere verhalen, De geurige man en Benjamin, die afwisselend een paar pagina’s vullen. Op een podium, voorgedragen door Boddé zelf, kan ik me voorstellen dat ze heel geestig zouden zijn. Maar het feit dat er enorm veel gebeurt in de verhalen in combinatie met het verzonnen oud-Nederlands (in De geurige man) leidde er bij mij toe dat ik mijn gedachten er maar moeilijk bij kon houden. Ik moet dan ook toegeven dat ik na een poosje alleen her en der wat zinnen heb gescand, maar de hoofdstukken niet meer helemaal woord voor woord heb gelezen.
Het lezen van Zupheul, Febbo, en de kleine Grakjesbembaaf, kortweg Jan (met name het eerste deel) voelt een beetje als een bliksembezoek aan het brein van Mike Boddé. Althans, zo stel ik me dat voor. Al deze gedachten schieten door zijn hoofd. Afwisselend volslagen idioot, geniaal, ontroerend, volstrekt willekeurig, geestig en dan weer onbegrijpelijk. Zeker fascinerend, maar sommige dingen zijn in gedrukte vorm wat mij betreft wat minder geslaagd. En dat is jammer, want een aantal van de verhalen zijn wat mij betreft echt wel de moeite van het lezen waard, maar worden een beetje overschaduwd door de rest.
Dan nog even de opmaak van het boek. Die sluit eigenlijk goed aan bij de inhoud, want roept ook een mix aan reacties op. Dan heb ik het niet over de illustraties (kunst?) die bij sommige verhalen staat, maar puur over de opmaak. Er wordt gespeeld met tekst, uitlijning en witruimte. Soms succesvol, zoals bij de verhalen Sinatra (zie linker voorbeeld) en Broer. Maar een aantal keren ben ik ook in staat geweest om woest de pagina’s uit het boek te rukken, zoals bij het verhaal Vakantie met familie (zie rechter voorbeeld), waar iemand alle opties die een tekstverwerker aanbiedt (lettergrootte, uitlijning, etc) lukraak door elkaar heeft gegooid. Er zal ongetwijfeld een gedachte achter zitten, maar ik had vooral medelijden met de arme vormgever die vast huilend aan deze pagina’s heeft gewerkt.
Al met al, een boek dat bij mij een hoop verschillende emoties heeft opgeroepen. En daar is ook wat voor te zeggen (wat precies, daar moet ik nog even over na denken).
Titel: Zupheul, Febbo, en de kleine Grakjesbembaaf, kortweg Jan
Auteur: Mike Boddé
Uitgeverij: Uitgeverij Brandt
ISBN: 9789492037206
MirandaLeest zegt: In sneltreinvaart door het brein van Mike Boddé. Fasten your seatbelts, it’s going to be a bumpy ride.